Henri-Floris Jespers over Bob Mendes


Toespraak van Henri-Floris Jespers
bij verschijnen van ‘Vergelding’

Van zijn eerste roman (Bestemming, 1986) af koos Bob Mendes bewust voor het vertellen van een verhaal waarin feiten en fictie tot een artistiek en spannend geheel verweven worden. Het concrete kader en de al dan niet verzonnen personages van zijn romans worden hem door de actualiteit aangereikt.
Dat is nu weer het geval met Vergelding. Vanuit gegevens die bekend zijn – in dit geval de illegale wapenhandel als voorspel tot de Golfoorlog – zet hij zijn verbeelding aan het werk. En hij onderstreept zelf dat hij in de eerste plaats schrijft om zowel de lezer als zichzelf spannende momenten te bezorgen. Dat is de taal van de vakman.
Het nadeel van een dergelijke roman – voor de inleider dan – bestaat er in dat je de gemakkelijke weg niet kan bewandelen door de inhoud van het verhaal beknopt weer te geven en er dan al dan niet breedvoerig op in te gaan . Je kan immers niet zinnig ingaan op een verhaal dat de toehoorder nog niet kent en uit respect voor de toehoorder die straks lezer wordt, mag je het verhaal niet vertellen.

Vergelding bestaat uit vier delen. Vooreerst twee korte hoofdstukken, “achteruitkijkspiegels” als het ware: 1° een sterk filmische openingsscène (“De roos van Bagdad”) die bepalend zal blijken voor de psychologische achtergronden van het boek en, 2° een terugblik op de bewapeningsperikelen tijdens en na de Tweede Wereldoorlog (“Vergeltungswaffen Drei”) die de lezer enig noodzakelijk documentair inzicht geeft. Vervolgens twee delen waarin het feitelijke verhaal zich onafwendbaar ontplooit: de uiteenzetting (“Operatie Babylon”) in 26 hoofdstukken, en de ontknoping (“Vergelding”) in drie hoofdstukken.
Hoofdpersonage is een bona fide, principieel ingestelde makelaar in strategische grondstoffen die, door allerlei innerlijke en uiterlijke omstandigheden, op grote schaal verstrikt geraakt in de illegale wapenhandel en de daarbij nauw gelieerde internationale politiek. De overige personages zijn ofwel om redenen van romaneske logica verzonnen of, integendeel, uit de realiteit geplukt (zij het dan dat hen verzonnen karaktertrekken toegeschreven worden).
Wie het voorspel tot Sadams oorlog gevolgd heeft, zal meer dan eens de schok der herkenning ervaren of innerlijk glimlachen om de vernuftige wijze waarop de auteur een heet hangijzer weet aan te vatten zonder zijn handen (al te zeer) te verbranden. ‘Operatie Babylon’ heeft immers – hoe kon het ook anders ? – ramificaties in België, wat Bob Mendes de gelegenheid biedt om, ‘par personne interposée’, over een en ander een scherp oordeel onomwonden te formuleren.De herkenbaarheid is alleszins niet de geringste charme van dit uitstekend gedocumenteerd boek.

Het is mij opgevallen hoezeer Vergelding toneelmatige en filmische kenmerken vertoont.
Bijwijlen heeft dit boek meer dan een raakpunt met de Elizabethaanse tragedie. Het onverbiddelijke raderwerk van de fataliteit beheerst niet alleen de uiterlijke handeling maar ook zowel de innerlijke ontwikkeling van het hoofdpersonage als het lot van de protagonisten en antagonisten.
De mensverslindende machinerie komt slechts tot stilstand bij gebrek aan slachtoffers:
  • een hecatombe.
Tegenover de soms grijze zone waarin de medestanders van het hoofdpersonage zich al dan niet noodgedwongen bewegen, staat het ondoorzichtige kwaad dat belichaamd wordt door zijn tegenstanders. En dat is een filmische eigenschap bij uitstek: de goeden kunnen zwak zijn, en gemanipuleerd, en als slaapwandelaars in de nacht dwalen, ze kunnen zelfs uit kleinmenselijke berekening slecht en meedogenloos handelen (en ze worden er dan ook voor gestraft), maar de slechten zullen en moeten herkenbaar zijn, gekapt uit één stuk – net zoals ze zullen en moeten ten onder gaan en de volle, bittere smaak van hun ondergang (die geen straf is, maar verdelging) grondig moeten proeven. Dat zijn nu eenmaal de traditionele, conventionele eisen van genre en medium.
Het spreekt derhalve vanzelf dat een boek als Vergelding clichés bevat, gemeenplaatsen – net als elk ander literair werk dat, als elk ander kunstwerk, slechts een schakel is in de keten van de traditie die ons met het prilste begin verbindt. Die gemeenplaatsen, die vandaag misschien het duidelijkst in de filmische en beeldende media (w.o. de strip) tot uitdrukking komen, onderstrepen het gemeenschappelijke en dragen functioneel bij tot de communicatie. Ze stellen de auteur in staat zijn boodschap begrijpelijk en doeltreffend te formuleren.
De actiescènes in Vergelding (en dat zijn er wat) geven ook aanleiding tot een filmische schriftuur. Het is dan net of de auteur zijn camera instelt en laat bewegen volgens vooraf zorgvuldig uitgekiende opname-aanduidingen, - zijn aanduidingen, omdat hij de scène reeds tot in het kleinste detail in zijn verbeelding gezien en beleefd heeft. Dit sterk visueel vermogen heeft Bob Mendes reeds ten overvloede gedemonstreerd in zijn vorige romans.

Men denke slechts aan de ondergang van de Herald of Free Enterprise en de dood van Virtus, de onafscheidelijke hond van het hoofdpersonage.
De bijwijlen filmische schriftuur is daarbij nog maar één aspect.
Ook wat de structuur betreft gaat Bob Mendes vaak filmisch te werk, bijv. bij de decoupage van de hoofdstukken met overvloeiingseffect of, integendeel, overlapping.
Bob Mendes, zo zegt hij toch, schrijft om de lezer en zichzelf spannende momenten te bezorgen. ‘Mijn visie op de gebeurtenissen is dus niet de waarheid, maar bevat voldoende elementen om de lezer stof tot nadenken te geven’.(p.5)
Wie zijn bescheidenheid kent, wie vertrouwd is met zijn werk, wie Vergelding leest, zal toch wel deze (relativerende) stelling – die geen bekentenis is, neen, maar een welgemeende verhulling – noodgedwongen moeten aanvullen.

De visie op de gebeurtenissen (in dit geval de illegale wapenhandel, in vroegere boeken het terrorisme, misdadig opzet uit naakt winstbejag, zwendel met kernafval of belastingsfraude en maffieuze praktijken) is één aanleiding tot het schrijven van een lekker en inderdaad spannend boek. 
Er is echter meer. Ik wees er daarnet op dat Bob Mendes de gemeenplaats en het cliché niet schuwt, omdat zij gemeenschappelijk zijn en bijgevolg functioneel bij het communicatief doorgeven van een boodschap, van een mededeling.
Laat het woord boodschap volledig gedevalueerd zijn omdat het zo vaak inflatoir aangewend werd, omdat het zo vaak misbruikt werd en uiteindelijk verward tot een schreeuwerige slogan, toch is er – verborgen achter de snelle actie, de zorgvuldige opgebouwde situaties en de voortdurende verwijzing naar een herkenbare realiteit – toch is er zoiets als een boodschap in het werk van Bob Mendes.

Hij wenst ons en zichzelf spannende momenten toe omdat die boodschap uiteindelijk zo troosteloos is dat hij geen zin heeft een aanklacht te formuleren. De blote beschrijving volstaat. En hij is te schroomvol om de lezer te confronteren met zijn intieme zielenroerselen. Daarom geeft hij er de voorkeur aan, pretentieloos een verhaal te vertellen. Wij worden aldus verschalkt.
De koele blik die Bob Mendes op de wereld en op Het Grote Spel der machtsgroepen werpt, is geen lege blik, verre van.
Het bewustzijn van de absurditeit dat uit zijn werk spreekt is pregnant en beklijvend. Onder het mom van moderne parabels hangt hij zonder dure woorden het ronduit angstaanjagende beeld op van een geheel ontluisterde realiteit waarin de mens nog slechts speelbal is van blinde, schijnbaar anonieme machten die, dat weten we toch al lang, steevast op lagere belangen neerkomen.
De fataliteit die de kille wereld uit het romanuniversum van Bob Mendes teistert, is geen blinde kracht, neen.

In zijn debuut, Met rook geschreven (1984) – een dichtbundel die door wijlen Piet Sterckx terecht als ‘een emotionele roman’ getypeerd werd – schreef hij:
  • In ieder wezen huist er, een vijand en een barmhartige samaritaan.

Het hoofdpersonage van Vergelding is onderhevig aan angstdromen, leeft met een onverteerd verleden en gaat als een tragische held tot het uiterste, omdat hij niet anders kan, omdat het nu eenmaal noodzakelijk is tot bevrijdend inzicht te komen en er dan naar te handelen.
    In de bundel Met rook geschreven luidt het:
  • Om vier uur in de ochtend
  • reeds veertig jaar erbij,
  • de dag alreeds begonnen
  • de nacht nog niet voorbij.
  • Getekend door ’t verleden,
  • ontwaakt soms fel bezweet,
  • een man bespookt door beelden,
  • die hij niet meer vergeet.


Het laatste hoofdstuk van Vergelding draagt betekenisvol de titel ‘Met rook geschreven’. In de laatste zin wordt nuchter vastgesteld dat het lot van het hoofdpersonage reeds veertig jaar eerder al met rook was geschreven.
Bob Mendes behoort tot het uitstervend slag schrijvers wier boeken alsmaar rijker worden, substantiëler. Zijn jongste roman toont dit afdoend aan. Een schrijver leeft altijd met, door en in zijn personages, inderdaad. Maar in geen ander roman heeft Bob Mendes – dat is mijn stellige overtuiging – zoveel uit zichzelf geput om zijn hoofdpersonage te voeden en gestalte te geven. Hij alleen kan het weten, want dat zou dan ook betekenen dat hijzelf aan geen enkel van zijn vroegere hoofdpersonages meer heeft gehad dan aan de stille man, die zijn weg gaat in de illegale wapenhandel omdat hij niet anders kan, uit innerlijke overtuiging, ter bezwering van het verleden en omdat hij de smaak van de vrijheid, hoe bitter ook, niet wenst te vergeten.
Ondanks troosteloosheid en absurditeit, verdelging om vergelding, verdelging om vergelden, om het te gelde maken van menselijk leed en wraak (als uiting van onmacht), verwisselt het hoofdpersonage van Bob Mendes de geleende tijd met een ander leven, hoe kortstondig ook.
Genoeg. Laten we op deze feestelijke avond genoegen nemen met de verklaring van Bob Mendes en vaststellen dat hij ons inderdaad spannende momenten bezorgd heeft (ik heb zijn boek in één ruk uitgelezen).
Maar laten we niet vergeten dat hij tevens hoopt de lezer stof tot nadenken te geven.


Henri-Floris Jespers

pagina terug terug naar boven

© copyright Bob Mendes, all rights reserved

Hosting & Webdesign by Linulex

Concept by Artchronicles