
De Kracht van het Bloed deel 1
|
In het begin herinnerde hij zich weinig van zijn ontsnapping uit het brandende Chinvat. De pijn hing toen nog als een dichte mist over zijn geheugen en liet geen ruimte voor andere gedachten of gevoelens. Later trok het mistgordijn wat op.
Hij zag weer de barsten in de granieten tegels onder zijn voeten uitwaaieren als een spinnenweb en hij onderging lijfelijk de vernietigende kracht van de eerste explosie. Zijn huid blakerde onder de verzengende hitte van de vlammen en de dikke, vette rook drong in zijn neusgaten en verschroeide zijn longen. Hij hoorde het langgerekte gehuil van mensen in doodsnood en wist niet dat hij naar zichzelf lag te luisteren.
De herinnering hoe hij daar levend uit was geraakt kwam pas later, langzaam, in stukken. Een oudere man zonder gezicht had hem, steunend van inspanning, naar buiten gedragen. Hij had hem neergelegd tussen de lijken van de dode opstandelingen op een pad bezaaid met brokstukken van kapotgeschoten bunkers. Hij had hem ontdaan van zijn kleren en van alles waaraan hij kon worden herkend en had hem weer aangekleed met de met bloed besmeurde en half verschroeide kleren van een van de lijken. Daarna was de oude man in het niets verdwenen. Hoe lang hij daar had gelegen, wist hij niet. Later, toen alles voorbij was, werd hij door lijkenpikkers van de zegevierende moedjahedien gevonden en overgebracht naar een militair hospitaal.
Toen hij zich weer van zijn omgeving bewust werd, lag hij op een smalle brits tussen vele andere gewonden, omzwachteld als een Egyptische mummie. Alleen zijn ogen, zijn neusgaten en zijn mond waren nog vrij. Niet lang daarna verschenen drie mannen aan zijn bed. Een van hen was een mollah met een baard geverfd met henna en een zwarte tulband. Ze prezen hem voor zijn moed en de mollah noemde het een genade Gods dat hij de actie van het zelfmoordcommando die de val van Chinvat had ingeleid, had overleefd. Ze noemden hem bij een naam die niet de zijne was – vermoedelijk had hij een of andere identificatie van de dode vrijheidsstrijder op zijn lichaam gehad – en stelden hem vragen waarop hij niet ko n antwoorden.
Hij wendde geheugenverlies voor om zich eruit te redden. Ze toonden daar begrip voor. Ze zouden een paar dagen wachten met de debriefing en beloofden erop toe te zien dat hij intussen met de beste zorgen werd omringd. Hij had gestreden in het voetspoor van Allah de Verhevene en hij was een voorbeeld voor alle gelovigen.
Lees verder >>
|
|
|
|
|
|