Accountant wordt auteur


Over De fraudejagers

Het interview "Accountant wordt auteur" door Wim Ilka verscheen als nawoord in de speciale editie van De fraudejagers, uitgegeven zomer 2006 door Het Nieuwsblad in samenwerking met Standaard Boekhandel.
 
Bob Mendes is niet alleen uitgegroeid tot een auteur met een groot oeuvre, hij is ook een van de meest gelezen schrijvers in Vlaanderen. Bovendien weet de vakpers zijn werk naar waarde te schatten.
Zo ontving Mendes tot tweemaal toe de Gouden Strop, de meest prestigieuze onderscheiding voor het spannende boek in Nederland – voor Vergelding en De kracht van het vuur – en hij kreeg in 2004 de Diamanten Kogel, de meest prestigieuze thrillerprijs in Vlaanderen. Toch is Bob Mendes niet zijn hele leven schrijver geweest. Toen hij in 1986 zijn eerste roman, Bestemming terreur, publiceerde, had hij al een succesvolle carričre als accountant achter de rug.
Gedurende ongeveer veertig jaar was Mendes boekhouder, eerst in dienstverband, later als zelfstandige met een eigen praktijk. Zijn kantoor kende een grote bloei en Mendes werd controlerend accountant voor maritieme en commerciële Belgische en multinationale ondernemingen. Aan het einde van zijn beroepspraktijk werkte hij met twee partners en vijf bedienden.
Mendes was geen ‘boekhouder met stofmouwen’, om het met zijn eigen woorden te zeggen. Meer dan eens kwam hij in contact met bijzondere mensen en belandde hij in ongewone situaties. Bovendien ging hij geregeld op zakenreis naar verre oorden, zoals Irak en Iran, waar hij dingen zag die voor de normale burger meestal verborgen blijven.
Als accountant werd Bob Mendes vaak benaderd met voorstellen die het daglicht niet mochten zien. Zijn eerlijkheid werd dan op de proef gesteld, maar hij volhardde. Zijn gevoel voor morele verantwoordelijkheid kreeg steeds de bovenhand.


‘Wanneer je op een bepaald niveau werkt, komt er altijd een moment dat je openlijk of verdoken geconfronteerd wordt met een verlokkelijk dubieus voorstel. Cliënten kunnen er bijvoorbeeld belang bij hebben dat de deelbewijzen of aandelen van hun vennootschap op- of ondergewaardeerd worden, en zijn dan wel graag bereid daar iets tegenover te stellen. Dat is het uur van de waarheid. Je kunt een opdrachtgever kwijtspelen of een oneerlijke accountant worden. Dat heb je zelf in de hand. Ik heb altijd een hoog moreel besef gehad. Als ik ooit maar dacht naast de schreef te lopen, kon ik niet meer slapen. Bovendien riskeer je op een professionele zelfmoord af te stevenen. Je wordt immers de gegijzelde van je eigen oneerlijkheid. Ik ben daar dus nooit op ingegaan. Zo word je ook met rust gelaten. En “eerlijk duurt het langst”.’


Op het eerste gezicht is het verwonderlijk dat Mendes op vijfenvijftigjarige leeftijd aan een schrijverscarričre is begonnen, niet als auteur van fiscale of economische boeken, maar als misdaadschrijver.
De stap van accountant naar thrillerauteur was voor hem echter niet zo groot. Zijn ervaringen als boekhouder en de ongewone situaties waarin hij soms verzeild raakte, zijn nog steeds een grote inspiratiebron voor hem. Enkele van zijn romans spelen zich ook af in het Nabije Oosten, waar hij voor zijn vorige beroep meer dan eens naartoe is gereisd. Zo wordt de lezer in De kracht van het vuur en in De kracht van het bloed meegenomen naar Irak en Iran.
Maar de treffendste gelijkenis is dat Mendes’ thrillers allemaal over de politieke en economische wereld gaan, een wereld die hij uitstekend kent.
‘Mijn beroepswereld en die thrillers gaan nochtans goed samen.
Ik schrijf nooit klassieke misdaadromans met een lijk op pagina 1 en een inspecteur die redekavelend door het boek loopt en per ongeluk de oplossing ziet. Mijn figuren bewegen zich in de politieke en economische wereld van vandaag. Die achtergronden heb ik leren kennen via mijn werk.’ 1


Macht en corruptie zijn belangrijke thema’s in Mendes’ misdaadromans.
Gedreven door een diepgeworteld gevoel voor rechtvaardigheid stelt hij de politieke en economische uitwassen aan de kaak en hekelt hij de doofpotmentaliteit die in België heerst.
‘Na het Heizeldrama kwam de accountant in me naar boven: hoe kon zoiets gebeuren? En tijdens mijn onderzoek groeide mijn morele verontwaardiging, want overal zag ik het paraplusysteem: hoe hoger je kwam, hoe minder schuld er was. Binnen de rijkswacht, bij de politici, noem maar op. Maar als accountant ben je altijd aansprakelijk, dan kan je geen schuld afwentelen.
Ik heb op dat vlak Amerikaanse opvattingen: als er in de VS iets verkeerd gaat, gooit men de directeur buiten – bij ons steeds de jongste bediende.’ 2


Schrijver van faction

Bob Mendes schrijft niet zomaar over de economische en politieke wereld, hij vertrekt steeds van waar gebeurde elementen en probeert daar een verhaal mee te creëren. Mendes kan dan ook zonder meer de vader van de Vlaamse faction genoemd worden. Dit genre wordt gekenmerkt door de vermenging van feiten (facts) en fictieve elementen (fiction). Heel belangrijk daarbij is de research. Die moet zo grondig mogelijk gebeuren, aldus de schrijver, zodat het verhaal een hoog werkelijkheidsgehalte krijgt. ‘Tot nog toe heeft eens een recensent een taalfout ontdekt, maar op een feitelijke fout ben ik nog niet betrapt. Ik ga ook nogal ver in die dingen. Als mijn personage op dat uur vlucht nummer zoveel naar Zürich neemt, dan vertrekt die vlucht op dat uur en als ik de luchthaven van Zürich beschrijf, ben ik eerst gaan kijken hoe het daar is. Wat de feiten betreft, moet het kloppen.’ 3

Tijdens het opzoekingswerk heeft Bob Mendes nog maar een heel vaag beeld van wat de plot zal zijn. Gaandeweg, tijdens het verzamelen van alle informatie, vormen er zich ideeën over de verhaallijn. Bob Mendes is wat je noemt een spontane schrijver.
‘Ik schrijf spontaan met het gevolg dat ik achteraf wijzigingen moet aanbrengen, dat ik soms subplots moet schrappen omdat ik ze niet meer nodig heb, of dat ik ze juist moet uitbreiden, zodra ik weet waar ik naartoe wil. [...] Praktisch gesproken lijkt dat een heel gedoe, maar met de computer kan dat allemaal heel gemakkelijk. Vandaar dat een plot soms ingewikkeld in elkaar zit en toch precies klopt.’
De feitelijke informatie die hij vergaard heeft, vult hij daarna aan met zijn fantasie. Op die manier ontstaat er een spannend verhaal waarin realistische gegevens verwerkt zijn.
‘Waar ligt de lijn tussen feiten en fictie in mijn boeken? Tot waar ik zeker ben van de feiten, kloppen ze. Nadien begint de fantasie, maar de basisidee is altijd dat het moet kunnen. Ik heb daarbij het voordeel dat ik als accountant achter de schermen heb kunnen kijken en er weet van heb dat bepaalde zaken soms aan elkaar verbonden zijn, of kunnen zijn.’ 4

De thrillers van Mendes schetsen een duidelijk en realistisch beeld van de samenleving. Zijn maatschappijkritiek formuleert hij niet in slogans, maar die zit verborgen achter snelle acties. Zijn misdaadromans kunnen dan ook beschouwd worden als moderne parabels.
‘Het Heizeldrama zit verwerkt in Een dag van schaamte, inclusief de politieoorlog en de politieke verantwoordelijken, die vier jaar later voor de rechtbank verschenen en... niet werden veroordeeld.

[...] Link handelt over de zaak Cools en Agusta, vóór iemand wist hoe het in elkaar zat. Ik ben de eerste die gezegd heeft dat het eigenlijk een maffia-oorlog was.’ 5

De fraudejagers en de VDB-affaire Ook voor De fraudejagers is Mendes vertrokken van een waar gebeurd feit: de ontvoering van Paul Van den Boeynants. Elke (Vlaamse) lezer kan meteen de pijprokende en hardhorige expremier en minister van Staat Valéri de Beers en de rijzige blonde gangster Harry Patricks thuisbrengen. De ontvoering van VDB door de bende van Patricks dikt nog eens extra de band aan met de ophefmakende gebeurtenissen die destijds de publieke opinie gaande hielden.
Volgens Mendes is de gelijkenis met reële personen echter niet het belangrijkste thema in deze roman, de frauduleuze praktijken die schering en inslag zijn in de politieke wereld staan veeleer centraal. Zoals in de meeste parabels wordt immers ook in De fraudejagers een morele waarheid aanschouwelijk gemaakt.
‘Je herkent er de persoon VDB niet in, wel het syndroom-VDB en dat is een synoniem voor het gebrek aan politiek fatsoen. VDB werd toch veroordeeld voor fiscale fraude?’ 6

Mendes speelt hier niet op de man maar op de bal. Hij richt zijn pijlen niet op één figuur maar wil een door de kruisbestuiving van geld en macht verwrongen systeem aan de kaak stellen. Het treffende portret van Valéri de Beers als opperleenheer, als uomo d’onore voor wie het gegeven woord heilig is, getuigt trouwens niet alleen van empathie, maar ook van onderhuidse sympathie. Dat belet Mendes niet het cynisme van de machtsdenker duidelijk naar voren te laten komen.
‘Rechtvaardigheid is een veranderlijk begrip, Jackson. Neem een raad van mij aan: hou op je te gedragen alsof je de laatste rechtgeaarde burger bent. Je zult langer en gelukkiger leven.
Als je je gedraagt, word je op een goeie dag nog directeur. Met wat voorspraak kan alles.’


*1 Bob Mendes in gesprek met Fred Brouwer, ‘Bob Mendes van accountant tot auteur’, in Onze Tijd, nr. 130, november 1998.
*2 Bob Mendes in gesprek met Ewald Pinoret, ‘Mijn thrillers zijn moderne parabels: de morele verontwaardiging zit verborgen’, in De Tijd, 10 juli 1993.
*3 Bob Mendes in gesprek met Jaak Vandyck, ‘De touwtjes komen ergens samen’, in Het Belang van Limburg, 20 november 1993.
*4 Bob Mendes in gesprek met Jaak Vandyck, ‘De touwtjes komen ergens samen’, in Het Belang van Limburg, 20 november 1993.
*5 Bob Mendes in gesprek met Ewald Pinoret, ‘Mijn thrillers zijn moderne parabels: de morele verontwaardiging zit verborgen’, in De Tijd, 10 juli 1993.
*6 Bob Mendes in gesprek met Ewald Pinoret, ‘Mijn thrillers zijn moderne parabels: de morele verontwaardiging zit verborgen’, in De Tijd, 10 juli 1993.
pagina terug terug naar boven

© copyright Bob Mendes, all rights reserved

Hosting & Webdesign by Linulex

Concept by Artchronicles